Categories
literatuur Portugal

Gonçalo M. Tavares

Zaterdag in Brussel voor NRC-Handelsblad een interview met de Portugese auteur Gonçalo M. Tavares. Sinds zijn debuut in 2001 publiceerde Tavares zesentwintig boeken en won hij in het Portugese taalgebied alle denkbare prijzen.  de Portugese schrijver en wetenschapsfilosoof Gonçalo M. Tavares (Luanda 1970), is alom ingehaald als het nieuwe wonderkind van de Portugese literatuur, als troonpretendent van Lobo Antunes en nobelprijswinnaar Jose Saramago, die niet lang voor zijn dood over Tavares schreef: ‘hij schrijft zo goed dat je hem zou willen slaan.’ Behalve zijn jaloers stemmende productiviteit is ook de reikwijdte van Tavares’ werk niet onopgemerkt gebleven. Naast filosofische exercities over uiteenlopende onderwerpen als ‘de dans’ en ‘de angst’ publiceerde hij toneel en poezie, schreef hij onder de noemer ‘O Bairro’ (de Wijk) een reeks lichtvoetige boeken waarin een absurdistische humor heerst en Tavares in de huid van zijn literaire helden kruipt; er verschenen al deeltjes over onder meer Paul Valéry, T.S. Elliot en Italo Calvino. De roman Jeruzalem waarvan komende week een recensie van mijn hand in Vrij Nederland staat, vormt het derde deel van zijn zogeheten ’zwarte boeken’, een tetralogie onder de titel O Reino (het Rijk) en betekende zijn internationale doorbraak. Vorige week vond ik (voor een euro) in Lissabon een Portugese vertaling van de Max Havelaar (een vertaling uit 1975, toen de revolutionairen het in Portugal nog voor het zeggen hadden). Die bied ik hem maar gelijk aan. Benieuwd wat er dan volgt.